Inleiding Nieuwe Testament - Deel 7: 1 Korinthe

Inleiding Nieuwe Testament

Deel 7: 1 Korinthe

In deze artikelenserie wordt een aantal inleidende opmerkingen met betrekking tot de zevenentwintig boeken van het Nieuwe Testament gegeven. Om de bijbellezer te helpen om meer zicht te krijgen op de bedoeling die de Heilige Geest met de verschillende boeken en brieven van het Nieuwe Testament heeft.

De eerste brief aan de Korintiërs

Algemeen

Beide Korinte-brieven zijn door Paulus geschreven 'vanuit de verdediging'. De gelovige Korintiërs wantrouwden de apostel, waardoor hij zijn apostelschap als het ware moest onderbouwen (zie bijvoorbeeld hfdst. 9:1). Dit had veel te maken met de partijschappen die er onder hen waren. Hierdoor kwamen zij niet toe aan geestelijke groei. In 1 Korintiërs 3:1 schrijft Paulus dan ook: "En ik, broeders, kon niet tot u spreken als tot geestelijke mensen, maar slechts als tot vleselijke, nog onmondigen in Christus". Hoofdstuk 15 begint hij daarom nog eens met een uitleg van de basis van het evangelie. Uit het verloop van dat hoofdstuk blijkt zelfs dat er onder hen waren die niet eens meer in de opstanding der doden geloofden!

Schrijver en ontstaan

Paulus schrijft de brief samen met Sostenes (hfdst. 1:1), die overste van de synagoge te Korinte was (Hand. 18:17).
Door allerlei gegevens met elkaar te vergelijken, ligt het voor de hand dat Paulus deze brief in Efeze schreef, toen hij daar een "tijd lang" (Hand. 19:1 en 22 e.v.) verbleef, na zijn eerste bezoek aan Korinte in Handelingen 18:1 e.v. In 1 Korintiërs 2:3-5; 3:6 en 4:15 verwijst hij naar dit eerste bezoek. Ook Apollos was een bekende in Korinte (hfdst. 1:12; 3:4 en 16:12), wat maakt dat de brief geschreven moet zijn na Handelingen 18:27 en 19:1. Met 1 Korintiërs 3:6 laat Paulus zien wat we ook in Handelingen terugvinden: Eerst was hij er, en vervolgens Apollos.
Paulus had Apollos ontmoet (hfdst. 4:6) en wel tussen zijn eerste en tweede bezoek aan Korinte (1 Kor. 16:12). In 1 Korintiërs 16:1 worden de gemeenten te Galatië genoemd, die Paulus (voor de tweede maal) bezocht na zijn eerste bezoek in Korinte tijdens zijn derde reis (Hand. 18:23), waarna hij in Efeze aan komt (Hand. 19:1; vgl. ook 1 Kor. 16:8 en 19).
Prisca en Aquila bevinden zich te Efeze (1 Kor. 16:19), wat ons erbij bepaalt dat Paulus deze brief schreef vóór de Romeinenbrief; want uit Romeinen 16:3 blijkt dat dit echtpaar (weer; zie Hand. 18:2) in Rome was. Verder zien we dat Paulus Timoteüs gezonden had (1 Kor. 4:17 en 16:10), wat ons brengt op het tijdstip van Handelingen 19:22 waar hij Timoteüs en Erastus naar Macedonië stuurt, terwijl hij zelf nog een tijdlang in Asia blijft ("tot Pinksteren", 1 Kor. 16:8). Volgens Handelingen 20:4 is Timoteüs op dat moment blijkbaar aanwezig in Griekenland. Ook 1 Korintiërs 16:5 stemt hier overeen met Handelingen 19:21.
De brief werd rond het voorjaar van 57 geschreven.

Doel en bestemming

De gemeente te Korinte was ontstaan vanuit de synagoge. In Handelingen 18:1 staat dat Paulus te Korinte komt. Vers 4 vermeldt dan: "En hij hield elke sabbat besprekingen in de synagoge en trachtte Joden en Grieken te overtuigen". Verschillende Joden kwamen daar tot geloof. Na verloop van tijd was Paulus genoodzaakt de synagoge te verlaten (vs. 5-8). Anderhalf jaar lang woonde Paulus te Korinte (vs. 11). Al met al een behoorlijk lange periode, waarin hij behalve aan Joden (nakomelingen uit het twee-stammenrijk) ook tot niet-Joden predikte. Natuurlijk zullen zich onder deze niet-Joden heidenen hebben bevonden die van origine zelfs niet tot één van de twaalf stammen Israëls behoorden. Toch zullen er ook heidenen zijn geweest die afstamden van één van de tien stammen. Als Paulus het in 1 Korintiërs 10:1 e.v. bijvoorbeeld heeft over 'onze vaderen' en vervolgens over 'allen', dan is duidelijk dat hij daarmee verwijst naar het gehele volk van Israël.
Hij omschrijft de geadresseerden als "de gemeente Gods te Korinte, aan de geheiligden in Christus Jezus, de geroepen heiligen met allen, die allerwege de naam van onze Here Jezus Christus aanroepen, hun en onze (Here)" (hfdst. 1:2).

Structuur

A. 1:1-9 Inleiding.
   B. 1:10-4:16 Paulus berispt vanuit zijn bediening de gemeente en legt dingen uit.
       C. 4:17 De zending van Timoteüs.
           D. 4:18-21 Het bezoek van Paulus.
               E. 5:1-6:20 De dingen die Paulus ter ore gekomen zijn.
               E. 7:1-8:13Dingen die Paulus geschreven zijn.
   B. 9:1-15:58 Paulus berispt vanuit zijn bediening de gemeente en legt dingen uit.
       C. 16:1-9 Het bezoek van Paulus.
           D. 16:10-18 De zending van Paulus.
A. 16:19-24 Afsluiting.

Inhoud

De inhoud van deze brief is moeilijk in enkele woorden samen te vatten. In grote lijnen komt het erop neer dat er grote verdeeldheid was in de gemeente te Korinte. Door ongeloof aan de opstanding, door niet te accepteren dat Paulus een apostel was, door leiders teveel na te lopen, door onzedelijke zaken, door misbruiken bij het avondmaal, door een verkeerd gebruik van de genadegaven, etc., etc. Daarom hebben we voor onderstaande kerntekst gekozen.

Kerntekst

"... weest allen eenstemmig en laten er geen scheuringen onder u zijn; weest vast aaneengesloten, één van zin en één van gevoelen" (hfdst. 1:10).

De structuren die in deze artikelenserie staan, zijn deels gebaseerd op die van Dr. E.W. Bullinger en C.H. Welch.
Voor meer informatie over het ontstaan en de chronologie van de Nieuwtestamentische brieven verwijzen we u graag naar de Morgenrood-uitgave Gods Woord wijst ons de weg, ISBN 90-6694-199-5.

Correctie: In het artikel in de vorige AMEN is een fout geslopen. De datering van het ontstaan van de Romeinenbrief moet zijn: voorjaar 58. De zin over de afronding van het boek rond het jaar 63 / 64, moet vervallen.

Duizenden lezers gingen u voor. Ondersteun AMEN. Word ook abonnee!

Nieuw in de Morgenroodreeks

De Morgenroodboekjes komen uit in de Morgenroodreeks: een serie Bijbelstudieboekjes die sinds 1960 wordt uitgegeven. De in deze reeks verschenen boekjes zijn handzaam en praktisch en helpen je verder om de Bijbel beter te leren kennen.

"Zoon" in het Oude Testament - Een speurtocht naar de Naam van Gods Zoon

In Spreuken 30 wordt een vraag gesteld over God: "Hoe is Zijn Naam en hoe is de Naam van Zijn Zoon ...?" (vs. 4b). Wat bijzonder dat hier - circa 1000 jaar vóór Christus - ervan uitgegaan wordt dat God een Zoon heeft! Naast de vele Oudtestamentische verwijzingen naar de Persoon en het werk van Christus, wordt slechts in Spreuken, de Psalmen en het boek Jesaja naar Hem verwezen met het woord "Zoon". Aan de hand van deze teksten zoeken we naar het antwoord op de dubbele vraag uit het Spreukenboek. Het antwoord vinden we uiteindelijk in het Nieuwe Testament. Dat antwoord is verrassend!

Ook als e-book verkrijgbaar!

Meer info & bestellen 'Zoon'

Levend water

Water is de meest voorkomende vloeistof op aarde, een essentieel onderdeel van de natuur en noodzakelijk voor het (ontstaan van) leven.
In dit boekje gaat het niet zozeer over water als vloeistof, maar vooral over geestelijk water. Dat wil zeggen: water als aanduiding van waarachtig leven, voortkomend uit Gods Geest.
Daarnaast verwijst water ook naar Gods Woord, dat levend en krachtig is. Vandaar de titel van dit boekje: levend water.

Ook als e-book verkrijgbaar!

Meer info & bestellen 'Levend water'

Schatten uit Gods Woord - 4

De serie Schatten uit Gods Woord bevat boeken waarin allerlei Bijbelse onderwerpen worden behandeld. Deze onderwerpen kun je zien als schatten die je opgraaft vanuit Gods Woord. David zegt: "De woorden van de HEERE zijn reine woorden, als zilver gelouterd in een aarden smeltkroes, gezuiverd zevenmaal" (Ps. 12:7). Hij schrijft dit om daarmee de betrouwbaarheid van Gods woorden te onderstrepen. Zij staan wat dat betreft lijnrecht tegenover de woorden die trouweloze mensen spreken (zie vs. 2-5). Wat God zegt in Zijn Woord kun je zonder meer aannemen; Hij is immers Zelf de waarheid! Daarom is het zo de moeite waard om de Bijbel te lezen, te overdenken en te leren begrijpen. Daar word je wijs van!

Dit vierde deel bevat 22 hoofdstukken over even zoveel onderwerpen. 

Spreuken 3:13-15 zegt:
"Welzalig is de mens die wijsheid vindt,
de mens die inzicht verkrijgt, want
- haar opbrengst is beter dan de opbrengst van zilver en
- haar inkomen beter dan bewerkt goud,
- zij is kostbaarder dan robijnen.
Al jouw wensen zijn met haar niet te vergelijken".

Meer info & bestellen 'Schatten uit Gods Woord - 4'