‘Al wat uw hand vindt...’ wijst op het werk dat mogelijk is. Er zijn misschien vele voornemens in onze gedachten, die we nooit tot uitvoering brengen. Het is goed over dingen na te denken, en er over te praten, maar daar moet het niet bij blijven. Prediker roept ons op om daadwerkelijk de hand aan de ploeg te slaan. Eén goede daad is meer waard dan duizend briljante ideeën of theorieën. Laten we niet wachten tot er een goede gelegenheid is, of tot de omstandigheden ons aanspreken, maar gewoon doen wat in ons vermogen ligt.
Het heden is de tijd, waarin we leven. Het verleden ligt achter ons en is voorbij; de toekomst is nog niet aangebroken. Er staat ons geen andere tijd ter beschikking dan het heden! Wacht dan ook niet af tot later om de Here God te dienen. Wees nu ijverig om goede werken te doen, en vrucht voort te brengen. Dien God heden en doe dat naar uw vermogen. Doe het adequaat. Aarzel niet en stel niet uit. Verspil uw leven niet met de ijdele gedachte morgen echt aan de slag te gaan. Niemand kan God dienen door morgen in actie te komen.
Als wij Christus willen eren doen we alles zonder morren of bedenkingen. En alles wat je doet, doe het met je hele ziel. Het dienen van de Here is geen bijzaak, maar hoofdzaak! Dus, als je Hem dient, doe dat dan met hart, ziel en lichaam. En waar halen wij het vermogen vandaan om Hem te dienen? Niet uit onszelf, want wij zijn zwak. Onze kracht ligt in de Here. Wij moeten daarom altijd afhankelijk zijn van Hem en het altijd van Hem verwachten. Dan zijn onze werken waardevol en zullen ze hun uitwerking hebben, tot eer van God!