Schematisch is het ook wel eens als volgt voorgesteld:
Adam + 2000 jr. → Abram + 2000 jr. → Christus 1e komst + 2000 jr. → Christus' wederkomst + 1000 jr.
Dit mag u niet ontgaan
Als Petrus spreekt over de (weder)komst van Christus, zegt hij: "Maar laat vooral dit u niet ontgaan, geliefden, dat één dag bij de Heere is als duizend jaar en duizend jaar als één dag" (2 Pet. 3:8).
Deze uitspraak, afgeleid van Psalm 90:4, bepaalt ons enerzijds bij het feit, dat voor God een geheel ander 'tijdsbesef' geldt dan voor ons mensen. Immers, God is de Eeuwige, de Ik-ben. Anderzijds zegt Petrus dit in een betoog, waarin hij spotters bestrijdt, die twijfelen aan de komst van de Heer. Zijn lezers, Israëlieten (zie 1 Pet. 1:1), waren vertrouwd met de uitspraken van God in de Tenach. Zij konden daarin onder meer lezen over het toekomstig herstel van Israël, met daaraan verbonden de komst van de Heere.
Zie bijvoorbeeld Hosea. In hoofdstuk 6 schrijft hij over de terugkeer tot God: "Na twee dagen zal Hij ons levend maken, op de derde dag zal Hij ons doen opstaan. Dan zullen wij voor Zijn aangezicht leven. Dan zullen wij kennen, wij zullen ernaar jagen de HEERE te kennen! Zijn verschijning staat vast als de dageraad …" (vs. 2 en 3). Hosea voorzegt, dat er een andere gezindheid zal komen onder de Israëlieten, zodat zij het verlangen hebben de HEERE te zoeken. Ongetwijfeld duidt dit op het werk van Gods Geest, zoals in diverse profetieën is opgetekend (zie bijv. Joël 2:28 en Ezech. 36:24 e.v.). Deze vernieuwing van Israël betekent in ieder geval ook de (weder)komst van de Heere!
Zouden deze dagen waarover Hosea spreekt, in het licht van Petrus' betoog, (ook) opgevat kunnen worden als dagen van duizend jaar? We leven inmiddels bijna 2000 jaar na de eerste komst van Christus, het derde millennium is begonnen: de derde dag.
De derde dag
In de Bijbel wordt de derde dag diverse keren genoemd. Als we de Schriftplaatsen naast elkaar leggen, zien we dat 'de derde dag' te maken heeft met: opstanding, nieuw leven, vrucht dragen, vreugde, e.d.
Ook komt hij voor in combinatie met de zevende dag. Die blijken iets met elkaar te maken te hebben. Soms is de derde dag tegelijk de zevende.
Genesis 1:9-13
Op de derde dag komt het droge tevoorschijn: de aarde (Hebr.: eretz - aarde, land). De aarde brengt ‘groen’ voort, dat is een teken van vruchtbaarheid. De Heere Jezus noemt Zichzelf in Lukas 23:31 het "groene hout". Is het niet wonderlijk om op deze derde dag in Genesis 1 al een beeld te kunnen ontdekken van Israël, dat later tevoorschijn is gekomen uit de volkeren(zee)? Abraham werd geroepen uit de volken. Hij is de wijnstok, die de HEERE geplant heeft om vrucht te dragen. Christus, het zaad van Abraham, zei: "Ik ben de ware wijnstok" (Joh. 15).
De naam van Mozes, de bevrijder van Israël, betekent: 'uitgetrokken' (uit het water van de Nijl). Hij leidde Israël uit Egypte, door het water heen. In de toekomst zal Israël uitspruiten als het jonge groen op de derde dag, zoals Jesaja getuigt: "In de dagen die komen, zal Jakob wortel schieten, Israël zal bloeien en groeien en zij zullen het wereldoppervlak met vruchten vervullen" (Jes. 27:6).
Genesis 22:4
"Op de derde dag sloeg Abraham zijn ogen op, en hij zag die plaats in de verte." Die plaats is het land Moria (= gezien, gekozen door de HEERE). De HEERE had een oogje op deze plaats!
Later is de HEERE op de berg Moria verschenen aan David op de dorsvloer van de Jebusiet Ornan (1 Kron. 21). En in 2 Kronieken 3:1 lezen wij: "Toen begon Salomo het huis van de HEERE te bouwen, in Jeruzalem, op de berg Moria, waar de HEERE aan zijn vader David verschenen was ...".
De berg Moria (later ook Sion genoemd) is dus de plaats waar de HEERE verschenen is, waar de tempel gebouwd is en ... zal worden! Abraham noemde die berg: Jahweh Jireh = de HEERE zal voorzien.
Exodus 19:10, 11 en 16
De HEERE daalt neder en verschijnt op de berg Sinaï, in het kader van de verbondssluiting. Vergelijk vers 16 met Mattheüs 24 en Openbaring 4:5 ... bliksemstralen en donderslagen ... bazuinen, etc. Toen bij het sluiten van het oude verbond, straks bij het nieuwe. De derde dag wijst hier op de openbaring van de HEERE aan Zijn volk (Exod. 24:16: de HEERE riep Mozes op de 7e dag). In Exodus 20 wordt, in het kader van Gods verbond met Israël, de 7e dag, die in Genesis 1 al geheiligd was, wettelijk vastgelegd als een heilige dag, de sabbatdag.
Leviticus 7 en 19
Ook bij de offers van het oude verbond vinden wij de derde dag terug. Het vredeoffer (dankoffer, lofoffer) wijst op de vrede, die er was op grond van de verzoening. Aan het brengen van dit offer was een maaltijd verbonden (met de hele familie) en werd het vlees van het slachtoffer gegeten. Ook de tweede dag mocht het nog gegeten worden. Op de derde dag niet meer (zie Lev. 7:17 en 18).
Waarom deze verordening? Dit offer was een type van het ware Offer, de Heere Jezus Christus. Hij bracht verzoening en stond op uit de dood ... op de derde dag. Die derde dag is de vervulling van dit offer. Toen werd bewezen dat God inderdaad vrede gemaakt had "door het bloed van Zijn kruis".
In de laatste nacht vóór Zijn kruisiging zei de Heer tegen Zijn discipelen: "vrede laat Ik u, Mijn vrede geef Ik u" (Joh. 14:27). Op de derde dag (= de eerste dag der week) zei de opgestane Heer tegen hen: "vrede zij u" (Joh. 20:19).
Numeri 19
Spreekt over het offer van de rode koe. Deze werd buiten de legerplaats geslacht. De koe werd tot as verbrand, dat gebruikt werd voor het reinigingswater om de onreine mens te ontzondigen en te reinigen, bijvoorbeeld als iemand het lijk van een mens had aangeraakt (vs. 11, 12, 19 en 20).
Israël heeft het lijk van dé Mens aangeraakt, trouwens dat hebben de heidenen ook gedaan! Bovendien: van nature is elk mens dood in zonden en misdaden, dus onrein! Dit offer wijst eveneens op Christus, Die de reiniging tot stand heeft gebracht. Voor Israël betekent in de toekomst de 3e en de 7e dag: ontzondiging, reiniging. Zie ook Ezechiël 36:25 en 33 (vgl. Dan. 9:24 eind van de 70e jaarweek).
2 Koningen 20:5
"Ik ga u (= Hizkia) gezond maken, op de derde dag zult u naar het huis van de HEERE gaan ..." (idem vs. 8). Het 'gezond maken' wijst op de opstanding (vgl. Joh. 5:6-8 en Hand. 3:1-6) en het 'opgaan' op wat er verder uit volgt: verhoging en gemeenschap met de Heer.
Esther 5:1"Het gebeurde op de derde dag dat Esther een koninklijk gewaad aantrok ..." Zij deed de koninklijke kleding aan en raakte de scepter van koning Ahasveros aan. Esther is hier een mooi type van Israël, dat deel zal krijgen aan het koningschap van Christus. Denk in dit verband ook aan Psalm 45, een bruiloftslied: "De koningin staat aan Uw rechterhand, in het fijne goud van Ofir" (vs. 10).
Jona
Het boek Jona bevat geen enkele profetie; de geschiedenis van Jona is een profetie. In de eerste plaats in verband met de Heere Jezus (zie Matt. 12:38 e.v.); in de tweede plaats in verband met Israël. Denk aan Hosea's profetie: na twee dagen onder de volkeren(zee) te zijn geweest, komt Israël tevoorschijn en wordt 'aan land gebracht', na het gebed om hulp! (vgl. Zach. 13:8 en 9).
Johannes 2
In deze geschiedenis vinden wij vele kenmerken terug in verband met de derde en zevende dag:
- op de derde dag (na de ontmoeting met Nathanaël = gave van God - Joh. 1:46 e.v.); dit is ook de 7e dag in het rijtje vanaf hoofdstuk 1;
- bruiloft(smaal), wijst op de nieuwe relatie met de Heer (denk ook aan de bruiloft van het Lam in Openb. 19);
- te Kana: is van dezelfde stam als Kaïn, Kenan, Kanaän;
- in Galilea: afgeleid van het woord gallil = kring, streek. Jesaja 8:23 zegt (letterlijk) gallil hagojim = het Galilea van de volken (Matt. 4:15), soms vertaald met: de landstreek der heidenen;
- "De moeder van Jezus was daar." Maria is een type van Israël, de vrouw;
- water in reinigingsvaten (denk aan het reinigingswater van Numeri 19);
- zes lege vaten; 6 is het getal van de mens en wijst hier op individuele Israëlieten. Zij moeten vol worden met water, d.i. een beeld van de Geest en het Woord: Christus;
- wonder: water wordt veranderd in wijn (vrucht van de wijnstok!);
- het door de Geest geïnspireerde Woord brengt vreugde en
- het beste bewaard ... Eind goed, al goed. Dit is wel heel bijzonder van toepassing op Israël, dat een diepe weg van lijden veranderd zal zien in ongekende vreugde in de relatie met de HEERE!
Twee 'dagen' van 1000 jaren zijn zo'n beetje voorbij sinds de eerste komst van Christus. De derde dag volgt. Dat zou tegelijk de zevende 'dag' zijn sinds Adam. Wat rest is de grote 'sabbat' , een dag voor de Heere God: "En de HEERE zal Koning worden over heel de aarde. Op die dag zal de HEERE de enige zijn en Zijn Naam de enige" (Zach. 14:9).
Hoe en wanneer dan ook, we mogen nog grote en mooie dingen verwachten: opstanding, nieuw leven en ongekende vreugde!