Het edelhert

Het edelhert

Het edelhert vormt vanwege zijn vlugheid, behendigheid en krachtige lichaamsbouw in de Bijbel vaak het beeld van een krijgsheld. In 2 Samuel 22:34 en 35 staan de veelzeggende woorden van David: “die mijn voeten maakt als die der hinden en mij op mijn hoogten doet staan; die mijn handen oefent ten strijde, zodat mijn armen een koperen boog spannen.” (Zie ook Ps. 18:33.)

Vanwege haar bevallige bewegingen, donkere ogen en zachte, open blik staat de hinde ook symbool voor de vrouwelijke beminnelijkheid. Zoals Spreuken 5:19 zegt: “een liefelijke hinde, een bekoorlijke ree; laat haar boezem u te allen tijde vreugdedronken maken, wees bestendig verrukt over haar liefkozingen.”

“Wonderbaar zijn Uw werken...”, zegt David in Psalm 139:14. Dit geldt ook voor het edelhert dat zo’n twintig keer genoemd wordt in Gods Woord. Dit dier getuigt niet alleen van Gods scheppingskracht. Het verkondigt met zijn wezen ook een heilswaarheid over Israël en de Messias.

Soorten herten in de Bijbel

Het edelhert kent in het Hebreeuws zowel een mannelijke (ajjal) als vrouwelijke vorm. Het vrouwtje, de hinde kent twee woorden (ajjalah en ajjéleth), zonder verschil in betekenis.1) Naast het edelhert spreekt het Hebreeuws ook over het damhert, dat ten onrechte in vertalingen met buffel is vertaald. Het damhert is minder groot en sierlijk dan het edelhert, maar wel sterker. Ook is het gewei, de kleur van de pels en de staart anders.2)
Een ander type dat lijkt op het edelhert is de ree. Dit is kleiner en fijner van bouw dan het edelhert en daarnaast verschillen kleur, staart en gewei.3)
Ook wordt de gems wel met een jong hert verward (Job 39:4). Dit dier behoort tot de familie der geiten en worden ook wel springbokken genoemd.

Het edelhert in het Oude Testament

Rein dier
In de Oudtestamentisch tijd kwam het edelhert veel voor. In Deuteronomium 12 lezen wij dat het tot de reine dieren behoort en door de Israëlieten gegeten mocht worden. Het was een zeer geliefd maal aan de koninklijke tafel! De Egyptische en Assyrische hofhoudingen organiseerden graag hertenjachten. Wellicht dacht de dichter van de berijmde versie van Psalm 42 hieraan toen hij schreef: "t Hijgend hert der jacht ontkomen.” Tegenwoordig leven er geen edelherten meer in Israël en omgeving. Het dier vormde te vaak een prooi voor de leeuwen.

Jongen werpen
In Psalm 29:8 wordt de geboorte van een hertenjong vergeleken met een donderslag, de stem des HEREN: "de stem des HEREN doet de hinden jongen werpen." Dit wijst op de snelle geboorte. Hierover schrijft ook Job 39:4 “Kent gij de tijd, waarop de gemzen werpen? Neemt gij het jongen der hinden waar? Kunt gij de maanden van haar dracht tellen, en kent gij de tijd, waarop zij werpen? Zij krommen zich, brengen haar jongen voort, drijven haar vrucht uit. Haar jongen worden krachtig, groeien op in het veld, zij lopen weg en keren niet tot haar terug.”
Deze beschrijving gaat geheel op. Na een dracht van ongeveer veertig weken trekt de hinde zich in de eenzaamheid van het bos terug. Na een paar plotseling opkomende, korte, maar zeer hevige weeën werpt zij het jong. De eerste dagen na de geboorte omringt de hinde haar jong met alle zorg. De moeder verliest het niet uit het oog. Als het groot genoeg is om voor zichzelf te zorgen, laat de moeder het jong los. Het moet zich dan alleen redden.

Het edelhert in de natuur

Leefgebieden
Het edelhert is een omnivoor en voedt zich met grassen en andere plantensoorten. Het dier kwam niet alleen in het westelijk deel van Azië en Europa voor. Ook in de wouden van Noord Afrika en Oost Azië. In de moderne tijd is het naar Noord Amerika, Australië en Nieuw Zeeland overgebracht om als jachtwild te dienen. Ook is het een grage prooi voor leeuwen, wolven en lynxen. De Zuid Europese, Afrikaanse en Aziatische edelherten worden sterk in hun voortbestaan bedreigd.

In de voorzomer worden de jongen geworpen, meestal één, zelden twee. Zij zijn pas na enige jaren geslachtsrijp. In de herfst valt de bronsttijd. Dan verzamelen de mannetjes roedels van wijfjes met jongen, die zij tegen rivalen verdedigen. Na de bronsttijd trekken de mannetjes zich meestal terug en leven solitair. De vrouwtjes met jongen leven dan in een zogenaamde kaalwildroedel. Dit roedel wordt geleid door een vrouwtje met jong.4)
De geweien worden laat in de winter afgeworpen. Oude mannetjes krijgen manen. De jongen dragen een jeugdvacht met lichte vlekken op een warme bruine achtergrond.

Op de Veluwe leven enige honderden exemplaren. Het Veluwse edelhert is klein gebouwd met doorgaans weinig fraaie geweien (o.a. door kalkgebrek). Bloedverversing van herten uit Oost Europa heeft het algemene type wel verbeterd, maar de oorspronkelijke eigenschappen enigszins verloren doen gaan. Bovendien dreigt het woongebied in Nederland door de aanleg van wegen en afrasteringen sterk versnipperd te raken. Het gevaar van plaatselijke inteelt dreigt.

Verschillen
Het valt op dat per leefgebied de kenmerken wat verschillen. De lengte van het edelhert varieert tussen 1,6 - 2 meter, de schouderhoogte bereikt 1,2 - 1,5 meter; de staartlengte loopt van 15 - 25 cm. en het gewicht bedraagt 75 - 300 kg. Ook de grootte van het regelmatig, sterk vertakte gewei verschilt. In bepaalde gebieden hebben edelherten geweien met aan elke stang wel tien vertakkingen. Het weegt soms meer dan 10 kg. De pelskleur varieert van roodbruin in de zomer tot grijsbruin in de winter. De achterdelen van het lichaam zijn lichtgeel. De maximale levensduur van het edelhert varieert per gebied van twintig tot dertig jaar.

Typologie

Christus lijden en sterven
Jeremia 14:5 schrijft over de hinde die haar jong vroegtijdig moet verlaten omdat er niet genoeg 'groen' is. Het jong zal het dan niet redden. Dit zou een verwijzing kunnen zijn naar Christus' lijden en sterven op nog jonge leeftijd. In typologische zin zou Israël dan destijds onvoldoende groene weiden hebben gehad. Wellicht daarom wordt in Klaagliederen 1:6 gesproken over herten (Israëlieten) die geen weide vinden. In Psalm 42:2 staan de overbekende woorden: “Gelijk een hinde die naar waterbeken smacht, zo smacht mijn ziel naar U, o God.” In deze psalm is de hinde te vergelijken met Christus' lijden en sterven. "Mij dorst", riep Hij aan het kruis.

Messiaskoning
In het Hooglied komt het edelhert als type van mannelijke kracht naar voren. Het hert is in het bijzonder een type van Christus. De HERE zal Zich in Hem openbaren op aarde. Hij is de Krachtige Wiens komst zal zijn als de bliksem (Mat. 24:27). Hij komt met koninklijke waardigheid en is de Held Die Zijn volk komt bevrijden (Psalm 45). “Hoor, mijn geliefde! Zie, daar komt Hij, springend over de bergen, huppelend over de heuvelen." (Hoogl. 2:8) Hier bezingt Israël de HERE als haar Geliefde (Koning en Bruidegom). Zij roept de dochters van Jeruzalem op om Hem te dienen.5) De bergen en heuvelen zijn typen van de koninkrijken en volken. Hét Hert 'huppelt' over deze 'bergen en heuvelen'. Dat wil zeggen, Hij overwint en staat boven hen. Christus zal komen en de volken aan zich onderwerpen.

De Bruidegom
We zagen dat de bruid in het Hooglied haar Bruidegom vergelijkt met een edelhert. Ook hier vinden wij het hert als type van de Messias terug. "Mijn Geliefde is als een gazel of het jong van een hert. Zie, hij staat achter onze muur, kijkend door de vensters, spiedend door de traliën.” (Hoogl. 2:9) In dit vers kijkt de Geliefde nog door de vensters. Echter eens zal de Messias als Bruidegom achter de muur vandaan komen en Zijn volk Israël als Bruid tot Zich nemen. Een mooi getuigenis lezen wij van de bruid: “Mijn Geliefde is van mij en ik ben van Hem, Die te midden der leliën weidt, tot de avondwind waait en de schaduwen vlieden. Wend u dan hierheen, en doe als de gazel, mijn Geliefde, of als het jong van een hert op de gekloofde bergen.” (Hoogl. 2:17)

Eens zal Israël dit in geloof kunnen zeggen tegen haar Bruidegom. Wanneer het volk de HERE aanroept zal Hij ook daadwerkelijk horen: “Want gij volk, dat op Sion, in Jeruzalem, woont, gij zult niet blijven wenen. Hij zal u zeker genadig zijn op uw luid geroep; zodra Hij dat hoort, zal Hij u antwoorden.” (Jes. 30:19) “Dan zal de lamme (beeld van Israël) springen als een hert.” (Jes. 35:6)

Wederkomst
“Haast u, mijn Geliefde, en doe als de gazel of als het hertenjong op bergen vol balsemkruid.” (Hoogl. 8:14) Deze woorden van de bruid vormen de laatste tekst van het Hooglied. Het sluit aan bij de laatste woorden uit Openbaring 22:20: “Amen, kom, Here Jezus!”. De hoop van Israël ligt in de komst van Christus. Hij zal komen om hen te verlossen en dan wordt ook Jesaja 35:6 vervuld: “...dan zal de lamme springen als een hert en de tong van de stomme zal jubelen; want in de woestijn zullen wateren ontspringen en beken in de steppe.

Edel, tot slot

Wij zagen dat het edelhert een type vormt van onze Here Jezus Christus. Ook in de Nederlandse naam vinden wij een treffende vergelijking terug. Edel betekent ‘hoogstaand’. Zoals het edelhert door zijn grootte en voorkomen boven alle andere herten staat, zo staat Christus boven alle mensen, koningen en koninkrijken. Hij is de Heerser over al wat leeft. Zo kunnen wij uit geloof zeggen: “De HERE Here is mijn kracht; Hij maakt mijn voeten als die der hinden, Hij doet mij treden op mijn hoogten.” (Hab. 3:19)

Voetnoten

  1. Ajjal: Strong 0354: Deut. 12:15; 12:22; 14:5 en 15:22; 1 Kon. 4:23; Ps. 42:1; Hoogl. 2:9 en17 en 8:14; Jes. 35:6 en Klaag. 1:6. Ajjalah: Strong 0355: Gen. 49:21; 2 Sam. 22:34; Job 39:1; Ps. 18:33 en 29:9; Hoogl. 2:7 en 3:5 en Hab. 3:19. Ajjéleth: Strong 0365: Ps. 22:1 (hier aijeleth); Spr. 5:19 en Jer. 14:5.
  2. Hebreeuws voor buffel is ‘jaschmûr’ (Strong code 03180): Deut. 14:5 (NBG antiloop en SV buffel) en 1 Kon. 4:23 (SV buffelen).
  3. Hebreeuws voor ree is ‘sebi’ (Strong codering 06643): Deut. 12:15, 12:22, 14:5 en 15:22, 2 Sam. 2:18, 1 Kon. 4:23, 1 Kron. 12:8, Spr. 6:5, Hoogl. 2:7, 9 en 17; 3:5 en 8:15 en Jes. 13:14.
  4. Bewerkt vanuit Encarta 99 Encyclopedie, Winkler Prins Editie.
  5. Zie Hoogl. 2:7. De dochters van Jeruzalem zijn waarschijnlijk de volken die liggen rondom Israël en Christus dienen bij Zijn komst. Vergelijk Hoogl. 3:10 met Jes. 60:3 en 6.

Duizenden lezers gingen u voor. Ondersteun AMEN. Word ook abonnee!

Nieuw in de Morgenroodreeks

De Morgenroodboekjes komen uit in de Morgenroodreeks: een serie Bijbelstudieboekjes die sinds 1960 wordt uitgegeven. De in deze reeks verschenen boekjes zijn handzaam en praktisch en helpen je verder om de Bijbel beter te leren kennen.

"Zoon" in het Oude Testament - Een speurtocht naar de Naam van Gods Zoon

In Spreuken 30 wordt een vraag gesteld over God: "Hoe is Zijn Naam en hoe is de Naam van Zijn Zoon ...?" (vs. 4b). Wat bijzonder dat hier - circa 1000 jaar vóór Christus - ervan uitgegaan wordt dat God een Zoon heeft! Naast de vele Oudtestamentische verwijzingen naar de Persoon en het werk van Christus, wordt slechts in Spreuken, de Psalmen en het boek Jesaja naar Hem verwezen met het woord "Zoon". Aan de hand van deze teksten zoeken we naar het antwoord op de dubbele vraag uit het Spreukenboek. Het antwoord vinden we uiteindelijk in het Nieuwe Testament. Dat antwoord is verrassend!

Ook als e-book verkrijgbaar!

Meer info & bestellen 'Zoon'

Levend water

Water is de meest voorkomende vloeistof op aarde, een essentieel onderdeel van de natuur en noodzakelijk voor het (ontstaan van) leven.
In dit boekje gaat het niet zozeer over water als vloeistof, maar vooral over geestelijk water. Dat wil zeggen: water als aanduiding van waarachtig leven, voortkomend uit Gods Geest.
Daarnaast verwijst water ook naar Gods Woord, dat levend en krachtig is. Vandaar de titel van dit boekje: levend water.

Ook als e-book verkrijgbaar!

Meer info & bestellen 'Levend water'

Schatten uit Gods Woord - 4

De serie Schatten uit Gods Woord bevat boeken waarin allerlei Bijbelse onderwerpen worden behandeld. Deze onderwerpen kun je zien als schatten die je opgraaft vanuit Gods Woord. David zegt: "De woorden van de HEERE zijn reine woorden, als zilver gelouterd in een aarden smeltkroes, gezuiverd zevenmaal" (Ps. 12:7). Hij schrijft dit om daarmee de betrouwbaarheid van Gods woorden te onderstrepen. Zij staan wat dat betreft lijnrecht tegenover de woorden die trouweloze mensen spreken (zie vs. 2-5). Wat God zegt in Zijn Woord kun je zonder meer aannemen; Hij is immers Zelf de waarheid! Daarom is het zo de moeite waard om de Bijbel te lezen, te overdenken en te leren begrijpen. Daar word je wijs van!

Dit vierde deel bevat 22 hoofdstukken over even zoveel onderwerpen. 

Spreuken 3:13-15 zegt:
"Welzalig is de mens die wijsheid vindt,
de mens die inzicht verkrijgt, want
- haar opbrengst is beter dan de opbrengst van zilver en
- haar inkomen beter dan bewerkt goud,
- zij is kostbaarder dan robijnen.
Al jouw wensen zijn met haar niet te vergelijken".

Meer info & bestellen 'Schatten uit Gods Woord - 4'