Als straks de bazuin zal schallen

Als straks de bazuin zal schallen

Als er in de Bijbel sprake is van bazuingeschal, wordt daarmee iets aangekondigd. Dat was vroeger zo en dat zal ook in de toekomst zo zijn. Eens zullen engelen op bazuinen blazen ter aankondiging van de grootste gebeurtenis aller tijden!

De laatste tijd worden wereldwijd mysterieuze geluiden gehoord, ook in Nederland. Men spreekt wel over 'een soort bazuingeschal'. Echt of nep, sommigen denken zelfs dat het voorboden zouden kunnen zijn van Bijbelse profetieën...

Zie deze opname van iemand uit Gouda (onderaan dit artikel meer links):

Bron: Ninefornews

In dit artikel staan we stil bij enkele Bijbelteksten waar over de bazuin gesproken wordt. Daarbij komen voornamelijk de eerste én de laatste teksten, waarin het woord 'bazuin' staat, naar voren. Hiermee zij dus opgemerkt dat het geen geen volledige woordstudie is over de 'bazuin'. Wel wordt door deze reeds een prachtige schildering zichtbaar, die te maken heeft met de openbaring van de Heere Jezus Christus. Aan het einde vindt u nog wel een volledige opsomming van teksten, waar sjofar en salpinx (en enkele aanverwante woorden) te vinden zijn.

Bazuin
Het woord dat in het Nieuwe Testament met bazuin vertaald is, is het Griekse salpinx. Omdat het Oude Testament in het Hebreeuws is geschreven wordt daar vanzelfsprekend ook een ander woord gebruikt. Nu heeft het Hebreeuws meerdere woorden die met 'bazuin' vertaald zouden kunnen worden. Om er achter te komen wat de Hebreeuwse 'tegenhanger' is van salpinx, moeten we een Nieuwtestamentische tekst zoeken, die een verwijzing bevat naar het Oude Testament. Zo'n tekst vinden wij in Hebreeën 12:18 en 19: "Want u bent niet tot een tastbare berg genaderd, en tot een brandend vuur, tot donkerheid, duisternis en stormwind, tot bazuingeschal en het geluid van woorden. Zij die dat hoorden, smeekten dat het woord niet meer tot hen gericht zou worden ...".

Hier wordt verwezen naar de geschiedenis van de openbaring van de HEERE aan het volk bij de berg Sinaï. De bazuin en de stem uit vers 19 vinden wij terug in Exodus 19:19. Het woord dat daar met bazuin vertaald wordt, is het Hebreeuwse sjofar.
Zoals dat op meerdere plaatsen in de Bijbel gebeurt, komt ook hier naar voren, dat de verbondssluiting in het Oude Testament gezien wordt als beeld van de verbondssluiting in het Nieuwe Testament. Voor de Hebreeën (= nageslacht van de Hebreeër Abraham; zie Gen. 14:13; vgl. ook Hebr. 2:16) onder het nieuwe verbond geldt, dat zij niet tot Sinaï genaderd zijn, maar tot de berg Sion, tot de stad van de levende God, het hemelse Jeruzalem, kortom: tot de dingen onder het nieuwe verbond (Hebr.12: 24). Als motto 'boven' de Hebreeënbrief zouden we kunnen zetten: 'Maak nu niet dezelfde fout, die de vaderen begaan hebben'. Ook hier komt dat naar voren. De Hebreeën, die hier zijn aangeschreven, zijn 'genaderd tot ...', waarop de apostel vervolgens zegt: "Let er dan op dat u Hem Die spreekt, niet verwerpt" (vs. 25a; lees ook vs. 25b-29).
Het Hebreeuwse woord sjofar is afgeleid van het werkwoord sjafar, dat 'helder zijn / worden' betekent (bijvoorbeeld Job 26:13), met als afgeleide betekenissen: aangenaam zijn, aanvaardbaar zijn.

Waar bepaalt bazuingeschal ons bij?
De tekst waar Hebreeën 12 naar verwijst - Exodus 19 - is de eerste maal dat we het woord sjofar in de Bijbel tegenkomen. Het is in het algemeen belangrijk om bijzondere aandacht te schenken aan de eerste maal dat een woord in de Bijbel voorkomt. Daar wordt namelijk meteen een bepaalde basisgedachte gegeven, die bij verder gebruik terug te vinden is. Hier, in Exodus 19:16, 19 en 20:18, wordt voor het eerst gesproken van sjofar en wel in de context van de openbaring van de HEERE aan Zijn volk Israël! In de tweede plaats komt daar, zoals we al zagen, het aspect bij van 'verbondssluiting'. Een derde punt wat dan nog naar voren komt is, dat (iets van) de heerlijkheid des HEEREN openbaar wordt. Toen de Heere tweeduizend jaar geleden op aarde kwam in vernedering was er geen bazuingeschal. Toen de Heer Zich op de Sinaï openbaarde wekte dat groot ontzag, ja, zelfs angst, bij het volk: de heerlijkheid en heiligheid van de HEERE werden openbaar.
Aan deze grondbetekenis van het schallen van de bazuin wordt later, met name in de profetieën, nog toegevoegd het aspect van de aankondiging van oordeel. Dit oordeel houdt echter meestal verband met de komst van de dag des HEEREN, die weer alles te maken heeft met de openbaring des HEEREN (zie bijvoorbeeld: Jer. 51:27 met betrekking tot Babel; Joël 2:1; Amos 2:2; 3:6 en Sef. 1:16).

Het jubeljaar
De volgende gebeurtenis waarbij de bazuin gehoord wordt / moet worden, vinden we in Leviticus 25:8-13. Hier gaat het om het jubeljaar. De HEERE had voor land en volk sabbats- en jubeljaren ingesteld. Elk zevende jaar was een sabbatsjaar voor het land en tegelijk een sabbat voor de HEERE. Maar na zeven jaarsabbatten werd het vijftigste jaar ingeluid als jubeljaar. In dit jaar gold behalve een rust voor het land, ook, dat ieder zijn bezitting weer terugkreeg (vs. 13). Bovendien betekende deze aankondiging vrijheid in het land voor al zijn bewoners. Het is een tijd van terugkeer (vs. 10). Feitelijk wijzen deze dingen ons naar het moment waarop het volk door de HEERE hersteld zal worden in het land. Het tijdstip waarop dit alles gebeurt, wordt aangegeven door het blazen van de bazuin. Vers 9: "Dan moet u in de zevende maand, op de tiende dag van de maand, bazuingeschal laten klinken. Op de Verzoendag moet u de bazuin in heel uw land laten klinken".
Dus: Het jubeljaar werd aangekondigd op de grote Verzoendag. Wat verwijst dit alles op een heerlijke manier naar de openbaring van de HEERE! Immers, op de Verzoendag ging de hogepriester het heiligdom binnen om verzoening te doen over zijn zonden en die van het volk (Lev. 16). Maar hij ging niet alleen naar binnen, hij kwam ook weer te.v.schijn om de bewerkte verzoening aan het volk mee te delen. Daar stond het volk immers op te wachten! De Verzoendag was een dag van verootmoediging, reiniging en rust.
Wanneer we denken aan de Heere Jezus Christus, van Wie de hogepriesters onder het oude verbond een beeld zijn, moeten we vaststellen dat Hij als Hogepriester 'de hemelen is doorgegaan' (Hebr. 4:14) en de door Hem bewerkte verzoening tot in het binnenste heiligdom, de hemel der hemelen, heeft gebracht.

  • De Bijbel spreekt over verschillende 'hemelen'. In 2 Korinthe 12:2 wordt over de derde hemel gesproken. Genesis 1:1 spreekt over de schepping van (lett.) hemelen en aarde. De tabernakel is te zien als beeld van de hemelen (zie o.a. Hebr. 8:5). Zo had de tabernakel drie heilige gebieden: de voorhof, het heilige en het heilige der heiligen. Wanneer we in Hebreeën 4:14 lezen dat de Heere de hemelen is doorgegaan, heeft dit betrekking op datgene waarvan de tabernakel een beeld was en mogen we denken aan de geschapen hemelen (Gen. 1:1). Zo is hij in de derde hemel terechtgekomen. Daarnaar verwijst Paulus ook in Efeze 4:10.

Wat we in het schaduwbeeld van de grote Verzoendag echter wel zien, zien we in de vervulling in Christus nog niet! Hij is namelijk nog steeds in dat binnenste heiligdom! We zouden kunnen zeggen: 'Het beeld is nog niet ten volle vervuld'. Zoals de Heere wegging van Zijn gelovig overblijfsel in Handelingen 1, zo is Hij nog niet teruggekomen tot het gelovig overblijfsel van het volk, om de door Hem bewerkte verzoening te openbaren.
Wij worden door Leviticus 25 dus opnieuw bepaald bij de openba¬ring van de HEERE, en wel als Hogepriester voor Zijn volk! Voordat dit zal gebeuren zal er verootmoediging en berouw moeten zijn bij het volk. Maar wanneer zij roepen tot de Heere, zal Hij de verzoening en daarmee de reiniging voor het volk openbaren, in Zijn Eigen openbaring. Dan zal er bazuingeschal zijn, waarmee wordt aangegeven dat het hier, behalve om de verzoening, ook nog gaat om de aankondiging van het jubeljaar. Het jaar van rust, het jaar van terugkeer naar het eigen geslacht, het jaar van het terugkrijgen van het eigen bezit. Hoe zal dan blijken dat de Heere de rechtmatige Eigenaar is van het land, ja, van de aarde en al wat daarin is (Ps. 24:1)!

Zeven bazuinen
De volgende tekst waar over sjofar gesproken wordt vinden we in Jozua 6. Het boek Jozua bepaalt ons bij datgene wat we onder meer zagen in Leviticus 25, namelijk, dat de HEERE Eigenaar is van het land Israël en van de wereld in het algemeen. Het boek Jozua brengt ons bij het moment waarop Israël op het punt staat het land in te nemen (zie hfdst. 1). Vanuit de woestijn moet het volk onder aanvoering van Jozua het land binnentrekken. Eerst de Jordaan over (als beeld van de dood) in Jozua 3 en 4. Vervolgens vindt in Jozua 5 de besnijdenis (teken van het verbond) plaats en de viering van de maaltijd: het Pascha. Daarna is in Jozua 6 sprake van de eerste stad die door Jozua en het volk ingenomen wordt: Jericho.
Voor het zover is, gebeurt er eerst iets anders: Jozua heeft een ontmoeting met de Vorst van het heer (= heerscharen, leger) van de HEERE ("Sar zeva Jahweh": denk aan HEERE Zevaoth, HEERE van de legermachten). Het blijkt de HEERE Zelf te zijn (zie Joz. 6:2)! Hoe wonderlijk lopen hier de profetische lijnen door elkaar: Enerzijds worden we door Jozua in zijn naam en opdracht bepaald bij de Heere Jezus Christus. Jozua is de Hebreeuwse vorm van het Griekse Jezus, de naam die de Heere kreeg bij Zijn geboorte in vernedering (Matt. 1:21). Anderzijds zien we hier Dezelfde Heere Jezus Christus als de Vorst van het heer des HEEREN. Daar waar God Zich openbaart, wordt immers de Zoon gezien (zie bijvoorbeeld Joh. 1:18)! Twee lijnen vloeien prachtig ineen: "Een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven, en de heerschappij rust op Zijn schouder. En men noemt Zijn Naam Wonderlijk, Raadsman, Sterke God, Eeuwige Vader, Vredevorst" (Jes. 9:6).

Na deze wonderbare ontmoeting lezen we in Jozua 6 van zeven bazuinen (vs. 4). Het woord sjopharoth (= meervoud van sjofar) wordt hier weliswaar vertaald met 'ramshorens' en vervolgens met 'horens', toch mogen we met alle vrijmoedigheid spreken van 'bazuinen'.
Deze zeven bazuinen worden gedragen door zeven priesters, en wel vóór de ark des verbonds / de ark des HEEREN uit (vs. 6). En zo wordt onder bazuingeschal de stad Jericho in bezit genomen als begin van de verovering van het gehele land. Dit alles in de kracht van de HEERE van de legermachten.

Het boek Openbaring
Vanuit de voorgaande geschiedenis slaan we een groot aantal Bijbelteksten over en komen we terecht bij de laatste maal dat er in de Bijbel sprake is van het schallen van bazuinen. We vinden dit in het boek Openbaring. Dit boek heeft als centraal thema de openbaring van de HEERE in heerlijkheid. Enig bazuingeschal zouden we dus wel mogen verwachten! De wijze waarop de bazuin in het Oude Testament gebruikt wordt en de daar gevonden basisgedachte, vinden we in dit boek terug: Bazuinen klinken ter aankondiging van oordelen, die op hun beurt weer verband houden met de dag des HEEREN. Maar uiteindelijk: De bazuinen - en met name de laatste, zevende bazuin - kondigt de Openbaring van God aan Zijn volk aan.

In Openbaring zijn het niet zeven priesters, zoals in Jozua 6, maar zeven engelen (evenals priesters zijn engelen dienstknechten van God ten behoeve van het volk - o.a. Hebr. 1:14). Wanneer de laatste bazuin geklonken heeft, openbaart de HEERE Zich en als Koning en Bezitter der wereld: "De koninkrijken van de wereld zijn van onze Heere en van Zijn Christus geworden, en Hij zal Koning zijn in alle eeuwigheid" (Openb. 11:15). Evenals in Jozua 6 gaan de zeven bazuinen hier vooraf aan het zichtbaar worden van de ark van Zijn verbond (Openb. 11:19; vgl. 1 Kron. 15:28).

Het toekomstige bazuingeschal luidt de (oordelen met betrekking tot de) dag des HEEREN in: Joël 2:1; Sefanja 1:15 en 16; Zie ook: Jeremia 4:5, 19, 21; 6:1; Ezechiël 33:3-6; 5:8; 8:1.
Het toekomstige bazuingeschal betekent ook de vergadering van het volk: Jesaja 27:13; Joël 2:15 en 16; Mattheüs 24:31.
Maar bovenal zal - als straks de bazuin zal schallen - de komst en openbaring van de Heere Jezus Christus ingeluid worden: als Hogepriester voor Zijn volk (vgl. Lev. 25); als Bruidegom voor Zijn volk (vgl. Joël 2:15 en 16); als Eigenaar van de schepping (vgl. Openb. 11:15); als Koning (vgl. Ps. 47:6 en 7; 98:6); als Hoofd boven alle dingen verheven (1 Kron. 29:11).
Met name in die laatste positie mogen wij als gemeente, Die Zijn lichaam is, delen (Efe. 1:22 en 23): "Wanneer Christus geopenbaard zal worden, Die ons leven is, dan zult ook u met Hem geopenbaard worden in heerlijkheid" (Kol. 3:4).

'Bazuin' in de Bijbel
Tot slot treft u hieronder u alle Schriftplaatsen aan waar over de bazuin gesproken wordt. Een eventuele letterlijke vertaling wordt achter de betreffende aanhaling cursief weergegeven. Staat er niets bij de aanhaling opgewerkt dan is er met "bazuin" of "bazuinen" vertaald.

Sjofar (= bazuin)
Exod. 19:16 geluid van de bazuin; 19:19 geluid van de bazuin; 20:18 geluid van de bazuin; Lev. 25:9a geluid van de bazuin; 25:9b; Joz. 6:4a bazuinen van de ramshoorns; 6:4b; 6:5 geluid van de bazuin (het woord ramshoorn is in deze tekst de vertaling van qèrèn hajoveel); 6:6 bazuinen van de ramshoorns; 6:8a bazuinen van de ramshoorns; 6:8b; 6:9a; 6:9b; 6:13a bazuinen van de ramshoorns; 6:13b; 6:13c; 6:16; 6:20a; 6:20b bazuin; Richt. 3:27; 6:34; 7:8; 7:16; 7:18a; 7:18b; 7:19; 7:20a; 7:20b; 7:22; 1 Sam. 13:3; 2 Sam. 2:28; 6:15 geluid van de bazuin; 15:10; 18:16; 20:1; 20:22; 1 Kon. 1:34; 1:39; 1:41; 2 Kon. 9:13; 1 Kron. 15:28 geluid van de bazuin; 2 Kron. 15¬:14; Neh. 4:18 blazer van de bazuin; 4:20 geluid van de bazuin; Job 39:27; 39:28 bazuin; Ps. 47:6 geluid van de bazuin; 81:4; 98:6 geluid van de bazuin; 150:3; Jes. 18:3; 27:13; 58:1; Jer. 4:5; 4:19 geluid van de bazuin; 4:21 geluid van de bazuin; 6:1; 6:17; 42:14; 51:27; Ezech. 33:3; 33:4; 33:5; 33:6; Hos. 5:8; 8:1; Joël 2:1; 2:15; Amos 2:2 geluid van de bazuin; 3:6; Zef. 1:16 bazuin en Zach. 9:14.

Salpinx (= bazuin)
Matt. 24:31 bazuin van groot geluid; 1 Kor. 14:8; 15:52a; 1 Thess. 4:16; Hebr. 12:19 bazuin-geluid en Openb. 1:10; 4:1; 8:2; 8:6a; 8:13a geluiden van de bazuin en 9:14.

Salpidzo (= het werkwoord bazuinen)
Matt. 6:2 bazuinen; 1 Kor. 15:52b hij zal bazuinen; Openb. 8:6b bazuinen; 8:7 hij heeft gebazuind; 8:8 hij heeft gebazuind; 8:10 hij heeft gebazuind; 8:12 hij heeft gebazuind; 8:13b om te bazuinen; 9:1 hij heeft gebazuind; 9:13 hij heeft gebazuind; 10:7 om te bazuinen en 11:15 hij heeft gebazuind.

Salpistés (= bazuinblazer)
Openb. 18:22.

Uit: Rijke Buit, verkrijgbaar bij Everread Uitgevers - klik hier.

Video's met vreemde geluiden:

Duitsland: https://www.youtube.com/watch?v=0hgx0dbzayM 

Australië: https://www.youtube.com/watch?v=-Edn9GcfEAk 

Texas (VS): https://www.youtube.com/watch?v=amSpXvyPRrg 

Hier nog veel meer: https://www.youtube.com/results?search_query=strange+sounds+in+the+sky+2015 

En hier een site, die de vreemde geluiden verklaart als nep: https://www.youtube.com/watch?v=YVScTxRBHFY 

Meer in AMEN - Extra:

  • Als straks de bazuin zal schallen

Duizenden lezers gingen u voor. Ondersteun AMEN. Word ook abonnee!

Nieuw in de Morgenroodreeks

De Morgenroodboekjes komen uit in de Morgenroodreeks: een serie Bijbelstudieboekjes die sinds 1960 wordt uitgegeven. De in deze reeks verschenen boekjes zijn handzaam en praktisch en helpen je verder om de Bijbel beter te leren kennen.

"Zoon" in het Oude Testament - Een speurtocht naar de Naam van Gods Zoon

In Spreuken 30 wordt een vraag gesteld over God: "Hoe is Zijn Naam en hoe is de Naam van Zijn Zoon ...?" (vs. 4b). Wat bijzonder dat hier - circa 1000 jaar vóór Christus - ervan uitgegaan wordt dat God een Zoon heeft! Naast de vele Oudtestamentische verwijzingen naar de Persoon en het werk van Christus, wordt slechts in Spreuken, de Psalmen en het boek Jesaja naar Hem verwezen met het woord "Zoon". Aan de hand van deze teksten zoeken we naar het antwoord op de dubbele vraag uit het Spreukenboek. Het antwoord vinden we uiteindelijk in het Nieuwe Testament. Dat antwoord is verrassend!

Ook als e-book verkrijgbaar!

Meer info & bestellen 'Zoon'

Levend water

Water is de meest voorkomende vloeistof op aarde, een essentieel onderdeel van de natuur en noodzakelijk voor het (ontstaan van) leven.
In dit boekje gaat het niet zozeer over water als vloeistof, maar vooral over geestelijk water. Dat wil zeggen: water als aanduiding van waarachtig leven, voortkomend uit Gods Geest.
Daarnaast verwijst water ook naar Gods Woord, dat levend en krachtig is. Vandaar de titel van dit boekje: levend water.

Ook als e-book verkrijgbaar!

Meer info & bestellen 'Levend water'

Schatten uit Gods Woord - 4

De serie Schatten uit Gods Woord bevat boeken waarin allerlei Bijbelse onderwerpen worden behandeld. Deze onderwerpen kun je zien als schatten die je opgraaft vanuit Gods Woord. David zegt: "De woorden van de HEERE zijn reine woorden, als zilver gelouterd in een aarden smeltkroes, gezuiverd zevenmaal" (Ps. 12:7). Hij schrijft dit om daarmee de betrouwbaarheid van Gods woorden te onderstrepen. Zij staan wat dat betreft lijnrecht tegenover de woorden die trouweloze mensen spreken (zie vs. 2-5). Wat God zegt in Zijn Woord kun je zonder meer aannemen; Hij is immers Zelf de waarheid! Daarom is het zo de moeite waard om de Bijbel te lezen, te overdenken en te leren begrijpen. Daar word je wijs van!

Dit vierde deel bevat 22 hoofdstukken over even zoveel onderwerpen. 

Spreuken 3:13-15 zegt:
"Welzalig is de mens die wijsheid vindt,
de mens die inzicht verkrijgt, want
- haar opbrengst is beter dan de opbrengst van zilver en
- haar inkomen beter dan bewerkt goud,
- zij is kostbaarder dan robijnen.
Al jouw wensen zijn met haar niet te vergelijken".

Meer info & bestellen 'Schatten uit Gods Woord - 4'